STEMPELWINKEL GEBROEDERS WARTNA MOLENSTRAAT 41
STEMPELWINKEL GEBROEDERS WARTNA MOLENSTRAAT 41
Serie Herdenking WO II 75 jaar
Molenstraat nr. 41
Op nummer 41 was de Stempelwinkel van de gebroeders Sjoerd, Bouke en Leo Wartna. In 1909 start L.F. Wartna met een stempelfabriek aan de Oude Molstraat 51-51a dat in 1922 verhuist naar de Molenstraat 30. In 1955 verplaatst het naar overzijde van de Molenstraat op nr. 41. In 2007 is de winkel wordt opgeheven bij gebrek aan opvolging. De Wartna broers hadden ook een stempelfabriek in de Oog in ’t Zeilstraat.
Foto c. 1934: Molenstraat 30A en lager. Op de voorgrond de stempelfabriek firma L.F. Wartna. 1e rij van links: Leo Wartna; 2e rij van links, achter: moeder S. Wartna-van der Meer, voor: Ben Wartna; 3e rij van links: achter Frans Wartna, midden Teddy Wartna, voor Annie Wartna; 4e rij van links Bouke (Bob) Wartna
Allen behoren tot het gezin van Lodewijk Fredericus Wartna en Sybrigje Wartna-van der Meer.
Stempels in de WO II
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hielpen de broers het verzet door stempels te maken voor vervalsingen van distributiekaarten en identificatiepapieren.
Dankzij deze rubberen stempels, alfabetisch gerangschikt in envelopjes, komen tijdens de oorlog valse persoonsbewijzen en andere documenten tot stand. Hoeveel documenten precies vervalst zijn, is onbekend, maar begin 1944 alleen al zijn het 91.000 documenten.
Verzetsmannen Wartna en Mol
Frans Mol was de baas van hun verzetsgroep, hij werkte voor het Gewestelijk Arbeidsbureau. Frans Mol woonde aan de Stationsweg en had een onderduiker in huis. Later bleek deze Peter Marsman een V-man te zijn, die voor de Duitse Sicherheitsdienst werkte. In juni 1944 werd de verzetsgroep “Voor God en de Koning” van Frans Mol verraden. Bij een inval in de woning van Mol werden vervalste papieren en stempels gevonden, waarna er een golf van arrestaties in Den Haag volgde. Meer dan dertig personen werden gevangen genomen, onder wie de broers Bouke en Leo Wartna.
Arrestaties
Op 19 juni 1944 werden Frans en Truus Mol en hun 8-jarige zoontje gearresteerd. In hun huis werden stempels gevonden. Een dag later werd de winkel in de Molstraat overvallen door Cornelis Leemhuis en Johannes Krom, twee beruchte Haagse agenten die daarna ook de fabriek binnenvielen. De broers en hun werknemer Jan Palthe werden meegenomen naar de Laan Copes van Cattenburch 6, waar het Bureau Documentatiedienst was gevestigd. Hun winkelmeisje uit de Molstraat, Aleida Schrijvers, moest via kamp Vught naar Ravenbruck en werd door de Amerikanen bevrijd. De drie broers overleefden de kampen.
Foto: Stempelarchief van de Persoonsbewijzencentrale (PBC), opgericht door Gerrit van der Veen, en
Molenstraat 41, personen
Bron: www.tweedewereldoorlog.nl