PRIMEUR – SPOREN VAN EERSTE ‘HAGENAARS’ ONTDEKT
PRIMEUR – SPOREN VAN EERSTE ‘HAGENAARS’ ONTDEKT
Bij archeologische opgravingen rond de Grote Kerk in het Hofkwartier zijn vondsten gedaan die terugvoeren tot de vroegste beschaving van de huidige binnenstad. ‘Je zou dit het prilste begin van Den Haag kunnen noemen’, aldus de projectleider.
Door Jasper Gramsma
Boeren
De herinrichting van het plein bij de Grote of Sint-Jacobskerk doet de gemoederen hoog oplopen, maar er is ook leuk nieuws te melden. Bij de recente opgravingen zijn levenstekens gevonden van de oudste bewoners van het Haagse centrum. Het gaat om aardewerk en omgeploegde akkers uit de ijzertijd. “Op drieënhalve meter diepte hebben we sporen ontdekt die teruggaan tot 500 voor Christus”, vertelt Andjelko Pavlovic, projectleider van de afdeling archeologie van de gemeente Den Haag. “Toen vestigden zich de eerste boeren op dit duin om aan akkerbouw te doen.”
Kookpotten
Op diverse plekken rond de kerk zijn afdrukken aangetroffen van eergetouwen, een soort primitieve ploegen. “Daarmee werden sporen getrokken in het zand om zaden te planten. Als archeoloog herken je de donkergrijze lijnen direct”, legt Pavlovic uit. “Waarschijnlijk betreft het een heel akkercomplex met verschillende boerderijtjes. Je zou dit het prilste begin van Den Haag kunnen noemen, al heette het natuurlijk niet zo.” De vondst van scherven – waarvan er één zelfs is versierd – ondersteunt die theorie. Het zijn de resten van aardewerken kookpotten en voorraadpotten uit diezelfde periode.
Verstuiven
De archeoloog hoopte voor aanvang van de werkzaamheden al dat hij op overblijfselen uit de ijzertijd zou
stuiten. “Het is een oude bodem en eerder hebben we ook in omliggende gebieden soortgelijke sporen gevonden.” Voor bewoning in de latere Romeinse tijd en vroege Middeleeuwen heeft hij evenwel geen aanwijzingen: “Er is op deze plek geen continue bewoning geweest. Dat kan ermee te maken hebben dat het duingebied op een goed moment is gaan verstuiven waardoor akkerbouw niet langer mogelijk was en mensen wegtrokken.”
Waterkelder
De sporen van de eerste ‘Hagenaars’ mogen het meest tot de verbeelding spreken, de ontdekking van een veel recenter ondergronds geheim verraste Pavlovic meer. Ten noorden van de kerk groef zijn team een grote waterkelder uit, daterend uit het begin van de 18de eeuw. “Ik denk dat de kelder is gebruikt om hemelwater op te vangen van het enorme kerkdak ten behoeve van drinkwatervoorziening of als waterbuffer bij het uitbreken van een brand. Maar zeker weet ik het niet, want het is de eerste keer dat we zoiets hebben aangetroffen. Misschien bieden de archieven nog enig uitsluitsel.”
Skeletten
Hoewel het gat inmiddels weer gedicht is, gaat het onderzoek voorlopig door. Zo worden sommige aangetroffen skeletten gecheckt op ouderdom en ziektes. “Tussen het einde van de 14de eeuw en 1681 was dit een kerkhof, maar je kunt niet zeggen dat het diepste graf ook het oudste is. Dat er knekelpakketten naast ongeschonden graven liggen, duidt mogelijk op haastklussen. In combinatie met de vermoedelijke vondst van een aantal moeders met kinderen, zou je bijvoorbeeld aan een epidemie kunnen denken. DNA-testen kunnen ons daar hopelijk meer over vertellen”, aldus Pavlovic.
Op de hoogte blijven van alles wat er in de buurt gebeurt? Volg Hofkwartier Den Haag dan op Facebook of Instagram voor alle updates.